Werkwoordspelling Verleden Tijd

Werkwoordspelling Verleden Tijd

7th - 12th Grade

18 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

Wie gut kennst du Kapitel 3?

Wie gut kennst du Kapitel 3?

KG - University

20 Qs

Herhaling C1 -> C4 / Beaufort6

Herhaling C1 -> C4 / Beaufort6

8th Grade

20 Qs

Starke Verben - was wisst ihr noch?

Starke Verben - was wisst ihr noch?

9th Grade

20 Qs

brugklas woordsoorten 1H

brugklas woordsoorten 1H

9th Grade - University

19 Qs

werkwoordspelling 1: de stam

werkwoordspelling 1: de stam

10th - 12th Grade

18 Qs

Eindejaarsquiz

Eindejaarsquiz

1st - 12th Grade

15 Qs

werkwoordspelling 1hv

werkwoordspelling 1hv

10th Grade

17 Qs

lidwoord, zelfstandig naamwoord en bijvoeglijk naamwoord

lidwoord, zelfstandig naamwoord en bijvoeglijk naamwoord

7th Grade

21 Qs

Werkwoordspelling Verleden Tijd

Werkwoordspelling Verleden Tijd

Assessment

Quiz

World Languages

7th - 12th Grade

Medium

Created by

Nanette Wit

Used 18+ times

FREE Resource

18 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

3 mins • 1 pt

Wat is een sterk werkwoord?

Woorden zoals 'kracht, gewichtheffen en bodybuilding'

Een werkwoord krijgt een andere klank in de verleden tijd

Een werkwoord kan niet in de verleden tijd worden gezet

Sterke werkwoorden bestaan niet

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

3 mins • 1 pt

Hoe weet je hoe je een sterk werkwoord schrijft?

't ex-kofschip

Langer maken

Dit moet je onthouden

Sterke werkwoorden schrijf je net als zwakke werkwoorden

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

3 mins • 1 pt

Waar kun je 't ex-kofschip voor gebruiken?

Als je niet weet of de persoonsvorm met -de(n) of -te(n) geschreven moet worden

Als je niet weet hoe je een sterk werkwoord schrijft

Als het werkwoord in het meervoud staat

Als er meerdere werkwoorden in de zin staan

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

3 mins • 1 pt

Hoe maak je de stam van een werkwoord?

-en van het hele werkwoord afhalen

't ex-kofschip gebruiken

Het werkwoord langer te maken

Het werkwoord vooraan de zin te zetten

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

1 min • 1 pt

Verleden tijd


Gisteren (plukken) ............. ik de appels.

plokte

plukde

pluktte

plukte

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

1 min • 1 pt

Verleden tijd


Toen (ontpitten) .......... ik ze vakkundig.

ontpite

ontpitte

ontpitten

ontpit

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

1 min • 1 pt

Verleden tijd


Ten slotte (toevoegen) ......... we eieren .......

voegte ... toe

voegen ... toe

voegde ... toe

voegden ... toe

Create a free account and access millions of resources

Create resources
Host any resource
Get auto-graded reports
or continue with
Microsoft
Apple
Others
By signing up, you agree to our Terms of Service & Privacy Policy
Already have an account?