Lezen 3 vwo

Bij een voor- en nadelenstructuur eindig je met een ...

• afweging

• samenvatting

• situatie in de toekomst

Bij een probleem/oplossingstructuur begin je met een ...

• probleem

• gevolgen

• oorzaken

• bepaald verschijnsel

Bij een verklaringsstructuur begint het middenstuk met ...

• voorbeelden

• oorzaken

• redenen

• argumenten

Welke twee soorten argumenten zijn er?

• feitelijke en niet-feitelijke

• feitelijke en onderzoeken

• onderzoeken en meningen

• meningen en oorzaken

Een standpunt wordt aangekondigd met de volgende twee signaalwoorden:

• Dus, daarom

• Kortom, want

• Ik vind, omdat

Een tegenargument herken je aan dezelfde signaalwoorden als een argument:

• waar

• niet waar

Een weerlegging van een tegenargument herken je aan tegenstellende signaalwoorden.

• waar

• niet waar

Als je verschillende argumenten onder elkaar zet heb je een ...

• opsommend verband

• tegenstellend verband

• toelichtend verband

• conclusie

Het onderwerp van de tekst moet je omschrijven met minimaal 5 woorden.

• waar

• niet waar

De hoofdgedachte van een tekst is nooit een vraag.

• waar

• niet waar