MH2 - Irr verbs - 1tm 15 -2122

Wat zijn de 3 vormen van het werkwoord: ZIJN?

• be - was - been

• to be - was - been

• to be - was / were - been

• to be - to was - to been

Wat zijn de 3 vormen van het werkwoord: BEGINNEN?

• to begin - began - begin

• to begin - began - begun

• to begin - beginned - beginning

• to begin - begin - begin

Wat zijn de 3 vormen van het werkwoord: WEDDEN?

• to bet - bet - bet

• to bed - bet - bet

• to bet - betted - betten

• to bet - betted - betting

Wat zijn de 3 vormen van het werkwoord: BREKEN?

• to break - breaked - broked

• to break - broked - broking

• to break - break - break

• to break - broke - broken

Wat zijn de 3 vormen van het werkwoord: (VER) DRAGEN?

• to bear - bear bear

• to bear - bearded - bearing

• to bear - bored - borned

• to bear - bore - borne

Wat zijn de 3 vormen van het werkwoord: BLAZEN / WAAIEN?

• to blow - blew - blown

• to blow - blewed - blown

• to blow - blew - blewing

• to blow - blow - blow

Wat zijn de 3 vormen van het werkwoord: BRENGEN / MEENEMEN?

• to bring - bringed - bring

• to bring - bring - bring

• to bring - brought - brought

• to bring - brought - bringing

Wat zijn de 3 vormen van het werkwoord: BOUWEN?

• to built - built - built

• to build - built - built

• to build - builted - building

• to build - built - builten