Quiz woordenschat zakelijke brief

Quiz woordenschat zakelijke brief

KG

10 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

H1 en H2 Lezen

H1 en H2 Lezen

1st Grade

14 Qs

JR 1 - H1 - Levensvragen & bestaanservaringen

JR 1 - H1 - Levensvragen & bestaanservaringen

3rd - 6th Grade

13 Qs

Lidwoord frans

Lidwoord frans

1st - 2nd Grade

10 Qs

Thema kantoorboekhandel

Thema kantoorboekhandel

3rd - 4th Grade

15 Qs

De rechtsstaat

De rechtsstaat

12th Grade

10 Qs

Taalverwantschap deel 1

Taalverwantschap deel 1

11th Grade

15 Qs

Quiz over aflevering Klokhuis democratie

Quiz over aflevering Klokhuis democratie

4th - 12th Grade

15 Qs

de stad

de stad

1st - 10th Grade

13 Qs

Quiz woordenschat zakelijke brief

Quiz woordenschat zakelijke brief

Assessment

Quiz

Other

KG

Medium

Created by

Aliki Riganas

Used 12+ times

FREE Resource

10 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

5 sec • 1 pt

‘Geachte heer’ en ‘Beste Aisha’ zijn voorbeelden van een aanhef.

Waar

Niet waar

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

5 sec • 1 pt

De afzender is de persoon waar de brief naar toe moet.

Waar

Niet waar

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

5 sec • 1 pt

Bovenaan een brief zet je de datum, bij een e-mail hoeft dat niet.

Waar

Niet waar

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

5 sec • 1 pt

Bij adressering schrijf je het onderwerp van de brief.

Waar

Niet waar

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

5 sec • 1 pt

Bij een e-mail hoef je geen aanhef te schrijven.

Waar

Niet waar

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

5 sec • 1 pt

Tussen elk onderdeel van de brief zet je witregels.

Waar

Niet waar

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

5 sec • 1 pt

Na de aanhef en na de groet komt een komma.

Waar

Niet waar

Create a free account and access millions of resources

Create resources
Host any resource
Get auto-graded reports
or continue with
Microsoft
Apple
Others
By signing up, you agree to our Terms of Service & Privacy Policy
Already have an account?