H3 + H4 herhaling

H3 + H4 herhaling

1st - 3rd Grade

30 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

Frans Mavo1 Appr.3.5+3.6

Frans Mavo1 Appr.3.5+3.6

1st Grade

25 Qs

Frans Mavo1 Appr.2.3+2.4

Frans Mavo1 Appr.2.3+2.4

1st Grade

25 Qs

Woordsoorten

Woordsoorten

2nd - 3rd Grade

32 Qs

2A Wschat herh H5

2A Wschat herh H5

KG - 2nd Grade

25 Qs

Spelling blok 4 Kader

Spelling blok 4 Kader

1st - 2nd Grade

25 Qs

Iconen, pictogrammen of symbolen?

Iconen, pictogrammen of symbolen?

3rd - 4th Grade

25 Qs

Herhaling thema 6

Herhaling thema 6

1st - 5th Grade

25 Qs

Frans Havo2 Appr.2.5+2.6

Frans Havo2 Appr.2.5+2.6

2nd Grade

25 Qs

H3 + H4 herhaling

H3 + H4 herhaling

Assessment

Quiz

World Languages

1st - 3rd Grade

Practice Problem

Medium

Created by

Jessica de Jager

Used 5+ times

FREE Resource

AI

Enhance your content in a minute

Add similar questions
Adjust reading levels
Convert to real-world scenario
Translate activity
More...

30 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE SELECT QUESTION

45 sec • 1 pt

Aan welk signaalwoord kun je zien dat je hier te maken hebt met een opsomming?

Kees, Max en Joris zijn helaas gezakt voor hun examen Nederlands.

en

helaas

voor

,

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Welk woord geeft de tegenstelling aan in de volgende zin?

Veel jongeren willen graag wat bijverdienen, maar niet elke baan gaat goed samen met school.

wat

Niet

maar

samen

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Welke woordsoort is hippe in de volgende zin?

Alfredi is een hippe vogel.

Zelfstandig naamwoord

Voegwoord

voorzetsel

Bijvoeglijk naamwoord

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Welke woordsoort is maar in de volgende zin?

Grootmoeder bestelde een taart voor haar verjaardag, maar deze werd te laat geleverd

Zelfstandig naamwoord

Lidwoord

Voegwoord

Bijvoeglijk naamwoord

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Welke woordsoort is peperstruik in de volgende zin?

Lang geleden heeft er een peperstruik in de vallei gegroeid.

zelfstandig naamwoord

voorzetsel

voegwoord

bijvoeglijk naamwoord

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Welke woordsoort is in in de volgende zin?

Het vee moet in de stal blijven.

zelfstandig naamwoord

voorzetsel

voegwoord

bijvoeglijk naamwoord

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Welke woordsoort is dus in de volgende zin?

Smaken verschillen, dus niet iedereen vindt hetzelfde mooi.

zelfstandig naamwoord

voegwoord

voorzetsel

bijvoeglijk naamwoord

Create a free account and access millions of resources

Create resources

Host any resource

Get auto-graded reports

Google

Continue with Google

Email

Continue with Email

Classlink

Continue with Classlink

Clever

Continue with Clever

or continue with

Microsoft

Microsoft

Apple

Apple

Others

Others

Already have an account?