Unit 5 All right Yr 1

air

• kleur

• lucht

• licht

• oppompen

coast

• rand

• reddingsbridage

• kust

• grens

Bij word order moet altijd: tijd voor plaats.

Typ ja of nee in

countryside

• dorp

• buitenwijk

• landschap

• platteland

discover

• uitvinding

• ontdekken

• vernieuwen

• openen

environment

• omgeving

• lokaal

• ruimte

• milieu

explore

• verkennen

• vernieuwen

• ontmoeten

• verbreden

de past simple maak je o.a. door:

stam van werkwoord + ed

typ: yes of no

eiland

• land

• Iland

• island

• Isleland

klif

• border

• limit

• edge

• cliff