Wat betekent dit woord?
Aanbeveling
Functiewoorden II
Quiz
•
World Languages
•
9th Grade - Professional Development
•
Medium
Maaike Bouwkamp
Used 21+ times
FREE Resource
12 questions
Show all answers
1.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
30 sec • 1 pt
Wat betekent dit woord?
Aanbeveling
Er is een vraag gesteld die verderop wordt beantwoord.
De onderbouwing: met feiten aantonen dat het klopt.
Aan het eind krijgt de lezer een advies van de schrijver.
Iets wat eerder is genoemd, wordt nu verduidelijkt.
2.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
30 sec • 1 pt
Wat betekent dit woord?
Anekdote
De schrijver gaat in op de mening van iemand anders.
Dit gebruik je om je standpunt te bekrachtigen.
Een persoonlijke ervaring m.b.t. het onderwerp.
De schrijver legt het probleem uit.
3.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
30 sec • 1 pt
Wat betekent dit woord?
Beoordeling
Een advies aan de lezer, vaak aan het eind van de tekst.
De reden om een tekst te schrijven.
De schrijver geeft aan wat zijn oordeel is.
De uitkomst van het probleem.
4.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
30 sec • 1 pt
Wat betekent dit woord?
Constatering
Een advies aan de lezer, vaak aan het eind van de tekst.
De schrijver stelt iets vast, merkt iets op.
Dit woord geeft bijvoorbeeld aan wat de betekenis is van alinea 1 t.o.v. alinea 2.
Dat is het argument dat wordt gebruikt om te overtuigen.
5.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
30 sec • 1 pt
Wat betekent dit woord?
Gevolg
Dat wat na een aanleiding of oorzaak komt.
De reden om een tekst te schrijven.
Dit woord geeft bijvoorbeeld aan wat de betekenis is van alinea 1 t.o.v. alinea 2.
Dat is het argument dat wordt gebruikt om te overtuigen.
6.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
30 sec • 1 pt
Wat betekent dit woord?
Nuancering
Meerdere kanten worden belicht waardoor het standpunt wordt afgezwakt.
De onderbouwing: met feiten aantonen dat het klopt.
Dit woord geeft bijvoorbeeld aan wat de betekenis is van alinea 1 t.o.v. alinea 2.
Dat is het argument dat wordt gebruikt om te overtuigen.
7.
MULTIPLE CHOICE QUESTION
30 sec • 1 pt
Wat betekent dit woord?
Oplossing
Er is een vraag gesteld die verderop wordt beantwoord.
De onderbouwing: met feiten aantonen dat het klopt.
Dit woord geeft bijvoorbeeld aan wat de betekenis is van alinea 1 t.o.v. alinea 2.
Het antwoord op een probleem.
10 questions
NON 1 woordenschat
Quiz
•
11th Grade - University
13 questions
Afrikaans Huistaal - Afleidings
Quiz
•
9th Grade
10 questions
Zelftest
Quiz
•
9th Grade
12 questions
Halloween herhaling D1 + D2
Quiz
•
9th - 12th Grade
13 questions
Algemene kennis Nederlands
Quiz
•
7th - 9th Grade
12 questions
Vormbegrippen in poëzie
Quiz
•
6th - 10th Grade
13 questions
woordsoorten oefenen
Quiz
•
7th Grade - Professio...
17 questions
Einde schooljaarquiz Nederlands
Quiz
•
Professional Development
15 questions
Multiplication Facts
Quiz
•
4th Grade
20 questions
Math Review - Grade 6
Quiz
•
6th Grade
20 questions
math review
Quiz
•
4th Grade
5 questions
capitalization in sentences
Quiz
•
5th - 8th Grade
10 questions
Juneteenth History and Significance
Interactive video
•
5th - 8th Grade
15 questions
Adding and Subtracting Fractions
Quiz
•
5th Grade
10 questions
R2H Day One Internship Expectation Review Guidelines
Quiz
•
Professional Development
12 questions
Dividing Fractions
Quiz
•
6th Grade