Natuur en Techniek hoofdstuk 2

Lichtstralen kun je weerkaatsen met een ​ (a)   .

• spiegel
• objectief
• infrarood licht
• chip
• antenne

Een aantal lenzen achter elkaar, noem je een ​ (a)   .

• spiegel
• objectief
• infrarood licht
• chip
• antenne

Een afstandsbediening straalt informatie door met ​ (a)   .

• spiegel
• objectief
• infrarood licht
• chip
• antenne

In een regelsysteem wordt alles geregeld door een ​ (a)   .

• spiegel
• objectief
• geautomatiseerd
• chip
• antenne

Apparaten die zenden en ontvangen doen dat met een ​ (a)   .

• spiegel
• objectief
• geautomatiseerd
• chip
• antenne

Welke zinnen zijn waar?

• Een glad oppervlak verstrooit het licht.

• Een lichtstraal wordt in water gebroken.

• Een objectief wordt in camera's gebruikt.

• In een brandpunt komen lichtstralen bij elkaar.

Welke zinnen zijn waar?

• Een holle lens kun je als vergrootglas gebruiken.

• Lichtstralen kunnen van richting veranderen.

• Met een holle lens lijken voorwerpen kleiner.

Roel heeft lenzen uit een oud objectief gesloopt. Een daarvan gebruikt hij nu als sterk vergrootglas. Welke kenmerken heeft die lens?

• het is een bolle lens

• het is een holle lens

• de lens is in het midden dikker

• de lens is in het midden dunner

Deze onderdelen geven informatie door aan chips: ​ (a)  

Dit onderdeel voert een programma uit: ​ (b)  

Hier kun je informatie mee aflezen: ​ (c)  

Deze persoon maakt software voor een apparaat: ​ (d)  

• sensoren
• chip
• een scanner
• programmeur
• printer
• toetsenbord
• muis
• kabel

Maak een match met de volgende woorden en betekenissen.

• radiogolven

• vitamine D in de huid

• zichtbaar licht

• In de spiegel kijken

• uv-licht

• naar de radio luisteren

• infrarood licht

• de televisie aanzetten met een afstandsbediening