H5 Licht KGT - Begrippen

Match de volgende definities aan het juiste begrip.

• negatieve lens

• Lens die in het midden dunner is dan aan de rand.

• evenwijdige lichtbundel

• Groep lichtstralen op gelijke afstand van elkaar.

• reëel beeld

• Lens die in het midden dikker is dan aan de rand.

• hoofdas

• Lijn die door het midden van een lens gaat en die loodrecht op de lens staat.

• positieve lens

• Beeld dat je kunt afbeelden op een scherm.

Match de volgende definities aan het juiste begrip.

• brandpunt

• Bepalen met een nauwkeurige tekening.

• lens

• Het punt waarin lichtstralen die voor de (positieve) lens evenwijdig aan de hoofdas lopen, na de lens weer samenkomen.

• constructiestralen

• Twee lichtstralen die nodig zijn om een beeld van een voorwerp te construeren.

• brandpuntsafstand

• Schijfje van doorzichtig glas of kunststof met een holle of bolle vorm.

• construeren

• Afstand tussen het midden van de lens en het brandpunt.

Match de volgende definities aan het juiste begrip.

• convergente lichtbundel

• Afstand tussen het beeld en het midden van de lens.

• brandpuntsafstand

• Afstand tussen een voorwerp en het midden van de lens

• divergente lichtbundel

• Groep lichtstralen die steeds meer bij elkaar vandaan bewegen.

• voorwerpsafstand

• Afstand tussen het midden van de lens en het brandpunt.

• beeldafstand

• Groep lichtstralen die steeds meer naar elkaar toe bewegen.

Match de volgende definities aan het juiste begrip.

• constructiestralen

• Het punt waarin lichtstralen die voor de (positieve) lens evenwijdig aan de hoofdas lopen, na de lens weer samenkomen.

• negatieve lens

• Lens die in het midden dunner is dan aan de rand.

• evenwijdige lichtbundel

• Groep lichtstralen op gelijke afstand van elkaar.

• licht breken

• Twee lichtstralen die nodig zijn om een beeld van een voorwerp te construeren.

• brandpunt

• Licht van richting doen veranderen.

Match de volgende definities aan het juiste begrip.

• beeldpunt

• Positieve lens waarmee je zonlicht in één punt kunt concentreren.

• brandglas

• Lijn die door het midden van een lens gaat en die loodrecht op de lens staat.

• hoofdas

• Plaats waar de lichtstralen uit één punt van een voorwerp na de lens weer bij elkaar komen.

• positieve lens

• Lens die in het midden dikker is dan aan de rand.

• lens

• Schijfje van doorzichtig glas of kunststof met een holle of bolle vorm.

Match de volgende definities aan het juiste begrip.

• schaduw

• Weerkaatsing van lichtstralen, waarbij de lichtstralen ongeordend alle kanten op bewegen.

• reëel beeld

• Gebied waar licht niet kan komen.

• absorberen (licht)

• Bepalen met een nauwkeurige tekening.

• construeren

• Beeld dat je kunt afbeelden op een scherm.

• diffuse terugkaatsing

• Opnemen van licht.

Match de volgende definities aan het juiste begrip.

• lichtbron

• Enorm veel lichtstralen samen.

• spiegelbeeld

• Weerkaatsing van lichtstralen, waarbij de lichtstralen net zo geordend bewegen als in de oorspronkelijke lichtbundel.

• lichtbundel

• Beeld dat je ziet als je in een spiegel kijkt.

• spiegelende terugkaatsing

• Beeld waarbij er niets is op de plaats waar het beeld lijkt te zijn.

• virtueel beeld

• Alles wat licht uitstraalt.

Match de volgende definities aan het juiste begrip.

• lichtstraal

• Lijn die loodrecht op een spiegel staat.

• normaal

• Lichtstraal die net niet door een voorwerp wordt tegengehouden.

• straling

• Verzamelnaam van alle soorten straling: microgolven, infrarode straling, licht, ultraviolette straling en röntgenstraling.

• randstraal

• Rechte lijn die aangeeft welke weg het licht volgt.

• hoek van terugkaatsing

• Hoek tussen de normaal en een lichtstraal die door een spiegel wordt teruggekaatst.

Match de volgende definities aan het juiste begrip.

• thermogram

• Instrument met daarin een prisma dat licht splitst in spectraalkleuren.

• ultraviolette straling

• Afbeelding waarin je kunt zien hoeveel infrarode straling een voorwerp uitzendt. Ander woord voor warmtebeeld.

• hoek van inval

• Hoek tussen een lichtstraal die op een spiegel valt en de normaal.

• fluoresceren

• Stoffen laten oplichten door uv-straling.

• spectroscoop

• Onzichtbare soort straling die je in het spectrum naast violet licht vindt.

Match de volgende definities aan het juiste begrip.

• ioniserende straling

• Doorzichtig driehoekig stuk glas of kunststof.

• prisma

• Straling die moleculen kapot kan maken.

• ultraviolette straling

• Onzichtbare soort straling die je in het spectrum naast violet licht vindt.

• spectrum

• Reeks kleuren die ontstaat als wit zonlicht wordt gesplitst.

• mengkleur

• Kleur licht die bestaat uit verschillende spectraalkleuren.