A6 _eindexamen 10 vragen met random begrippen

A6 _eindexamen 10 vragen met random begrippen

10 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

Parcial 1-Laboratorio II-5to BACO-I Unidad Forma A

Parcial 1-Laboratorio II-5to BACO-I Unidad Forma A

KG - University

13 Qs

DIAGNÓSTICO 1ERO

DIAGNÓSTICO 1ERO

KG - University

13 Qs

EIE UD 4 y 5

EIE UD 4 y 5

Professional Development

10 Qs

TC B1 5.6 vaste voorzetsels

TC B1 5.6 vaste voorzetsels

Professional Development

10 Qs

GES1-Vaardig in geschiedenis

GES1-Vaardig in geschiedenis

KG - University

15 Qs

Pobre Ana Chapter 6

Pobre Ana Chapter 6

KG - University

15 Qs

Quiz sobre Observaciones Microscópicas

Quiz sobre Observaciones Microscópicas

7th Grade - University

13 Qs

Mobiliteit

Mobiliteit

KG - University

8 Qs

A6 _eindexamen 10 vragen met random begrippen

A6 _eindexamen 10 vragen met random begrippen

Assessment

Quiz

others

Hard

Created by

Chantal Batenburg

Used 2+ times

FREE Resource

10 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Stamcellen hebben een bepaalde potentie. Welke potentie hebben de stamcellen in een embryo van 5 dagen oud? En welke potentie hebben ze na 26 dagen ontwikkeling?

5= pluripotent en 26 = multipotent
5 = multipotent en 26 = pluripotent
5 =multipotent en 26 = totipotent
5= pluripotent en 26 = totipotent
5 = totipotent en 26 = multipotent

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

De toename van het aantal tumoren bij de proefdieren zou een gevolg kunnen zijn van een verminderde hoeveelheid T-lymfocyten. Wordt een kankercel herkend aan MHC-I of aan MHC-II? En worden kankercellen gedood door fagocytose of door lysis?
MHC-I en fagocytose
MHC-I en Lysis
MHC-II en fagocytose
MHC-II en lysis

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Welke van deze eigenschappen beïnvloedt het bezetten van de ecologische nis het meest, en welke het minst?
Meest = dipersiecapaciteit en minst = levensduur plant
Meest = dipersiecapiciteit en minst = levensduur zaad
Meest = levensduur plant en minst = dispersiecapaciteit
Meest = levensduur plant en minst = levensduur zaad

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Via het Rijksvaccinatieprogramma wordt vrijwel elk kind vijfmaal gevaccineerd tegen kinkhoest. Het effect van die vaccinaties vermindert echter al na een paar jaar. Menigeen loopt later alsnog kinkhoest op, maar merkt het niet of nauwelijks omdat de ziekte dan mild verloopt en meer op een verkoudheid lijkt. Toch is zo iemand een besmettingsbron voor anderen. Welk type afweercellen zorgt na vaccinatie tegen kinkhoest enkele jaren voor immuniteit?
B-Geheugencellen
Cytotoxische T-cellen
Macrofagen
Plasmacellen

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

1) Op welke plaats in of aan een wandcel bevinden zich de receptoren voor aldosteron? 2) In welk deel van een niereenheid worden dan in de wandcellen meer ionkanaaltjes geproduceerd?
1= cytoplasma, want steroidhormoon; 2 tweede gekronkelde nierbuisje
1= celmembraan, want peptidehormoon; 2= tweede gekronkelde nierbuisje
1= celmembraan, want steroidhormoon; 2= tweede gekronkelde nierbuisje
1= celmembraan, want peptidehormoon; 2= verzamelbuisje
1= celmembraan, want steroidhormoon; 2= verzamelbuisje

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Een oorzaak van hartfalen is een verhoogde bloeddruk. Met behulp van een bloeddrukmeter kan een arts de systolische en de diastolische bloeddruk van een patiënt meten. Van welk bloedvat wordt de systolische druk en van welk bloedvat wordt de diastolische druk op deze wijze gemeten?
systolische drukmeting en diastolische drukmeting in de armslagader
systolische drukmeting en diastolische drukmeting in de aorta
systolische drukmeting in de aorta; diastolische drukmeting in de holle ader
systolische drukmeting in de holle ader; diastolische drukmeting in de aorta
systolische drukmeting in de armslagader; diastolische drukmeting in de armader

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Tijdens de verspreiding van onze voorouders over de aarde bleef op elke vestigingsplek een groot deel van de populatie achter en trok een klein deel verder. De maagzweerbacterie (Helicobacter pylori) is 60.000 jaar geleden met de mens uit Afrika vertrokken en is sindsdien met hem meegereisd. Door de opeenvolgende migratiebewegingen is in de loop van de tijd de genetische diversiteit van populaties mensen gaan verschillen. Een soortgelijk proces deed zich voor bij de in de mensen meereizende maagzweerbacterie. Evolutiebiologen trachten door analyse van het DNA van H. pylori migratiepatronen van onze verre voorouders te reconstrueren. Daarvoor is een wereldwijd onderzoek uitgevoerd. Besmetting met H. pylori leidt niet altijd tot een maagzweer. Meer dan de helft van alle mensen is ongemerkt besmet met deze bacterie. Welke benamingen passen op basis van deze informatie bij de symbiotische relatie van H. pylori met de mens?
soms commensalisme, soms mutualisme
soms commensalisme, soms parasitisme
soms mutualisme, soms parasitisme

Create a free account and access millions of resources

Create resources
Host any resource
Get auto-graded reports
or continue with
Microsoft
Apple
Others
By signing up, you agree to our Terms of Service & Privacy Policy
Already have an account?