P2 / Bijzin / Subordonnée

P2 / Bijzin / Subordonnée

7th Grade

11 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

Eten & drinken

Eten & drinken

KG - University

11 Qs

disk, geld en werk 1-20

disk, geld en werk 1-20

4th - 10th Grade

10 Qs

OKAN Geel - Taalrecht 1.2. Thema 2 (2)

OKAN Geel - Taalrecht 1.2. Thema 2 (2)

KG - 10th Grade

10 Qs

Spelling week 1 2F

Spelling week 1 2F

1st - 10th Grade

13 Qs

woordenschat th 4 les 1

woordenschat th 4 les 1

1st - 12th Grade

12 Qs

Spelling werkwoorden

Spelling werkwoorden

KG - University

10 Qs

Overdrijving en understatement

Overdrijving en understatement

1st - 12th Grade

8 Qs

Woordsoorten

Woordsoorten

1st - 10th Grade

10 Qs

P2 / Bijzin / Subordonnée

P2 / Bijzin / Subordonnée

Assessment

Quiz

World Languages

7th Grade

Hard

Created by

Anouk Kelder

Used 3+ times

FREE Resource

11 questions

Show all answers

1.

FILL IN THE BLANK QUESTION

1 min • 5 pts

Verbind de zinnen met het woord tussen de haakjes. Opgelet: de P2 kan op de eerste of de tweede plaats staan.

De leerlingen verlaten de klas. Ze horen de bel. (wanneer)

2.

FILL IN THE BLANK QUESTION

1 min • 5 pts

Verbind de zinnen met het woord tussen de haakjes. Opgelet: de P2 kan op de eerste of de tweede plaats staan.
Ze wint de wedstrijd. Ze oefent elke dag. (opdat)

3.

FILL IN THE BLANK QUESTION

1 min • 5 pts

Verbind de twee zinnen met het woord tussen de haakjes. Opgelet de P2 kan vooraan of achteraan staan.
Ik kan niet zo snel lopen. Ik loop elke dag minstens een half uur. (hoewel)

4.

FILL IN THE BLANK QUESTION

1 min • 5 pts

Verbind de twee zinnen met het woord tussen de haakjes. Opgelet de P2 kan vooraan of achteraan staan.
Ik doe de deur open. Ik hoor de bel. (zodra)

5.

FILL IN THE BLANK QUESTION

1 min • 5 pts

Verbind de twee zinnen met het woord tussen de haakjes. Opgelet de P2 kan vooraan of achteraan staan.
Hij gaat vandaag niet naar school. Hij is gisteren ziek geworden. (want)

6.

FILL IN THE BLANK QUESTION

1 min • 5 pts

Verbind de twee zinnen met het woord tussen de haakjes. Opgelet de P2 kan vooraan of achteraan staan.
Mijn oma kan fietsen. Ze gaat elke dag naar de markt. (zolang)

7.

FILL IN THE BLANK QUESTION

1 min • 10 pts

Vertaal volgende zin.

Il est content vu qu'il a reçu de l'argent.

Create a free account and access millions of resources

Create resources
Host any resource
Get auto-graded reports
or continue with
Microsoft
Apple
Others
By signing up, you agree to our Terms of Service & Privacy Policy
Already have an account?