soorten vraagvormen

soorten vraagvormen

University

7 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

verspringen - Mike Powell

verspringen - Mike Powell

KG

10 Qs

ik pas op mijn lijn-quiz

ik pas op mijn lijn-quiz

3rd Grade

9 Qs

BOA en Politie

BOA en Politie

1st - 10th Grade

10 Qs

Volkomen Concurrentie

Volkomen Concurrentie

11th - 12th Grade

6 Qs

Help! Brand!

Help! Brand!

1st - 3rd Grade

10 Qs

Jongeren

Jongeren

1st - 10th Grade

12 Qs

Bulk - de palletbox + gitterbox & draadcontainer

Bulk - de palletbox + gitterbox & draadcontainer

11th Grade

10 Qs

Afleg brand

Afleg brand

Professional Development

11 Qs

soorten vraagvormen

soorten vraagvormen

Assessment

Quiz

Other Sciences, Specialty

University

Hard

FREE Resource

7 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

De eerste grote onderverdeling bij vraagvormen heeft betrekking op het open of gesloten zijn van de vraagvorm
juist 
fout

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Kort-antwoordvragen zijn open vragen die vooral geschikt zijn voor het meten van geheugenkennis
juist
fout

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Welke uitspraak is juist over essay-vragen?
het zijn gesloten vragen die begrenzend of niet begrenzend  kunnen zijn
het zijn open vragen die geprecodeerd of niet geprecodeerd kunnen zijn
het zijn open vragen die begrenzend of niet begrenzend kn zijn
Het zijn gesloten vragen die begrenzend of niet begrenzend kunnen zijn 

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Een interpretatieoefening waarbij je een tekst (grafiek, foto) aanbiedt samen met vragen is een voorbeeld van een niet-begrenzende open essay vraag
juist
fout

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Met item-stem bedoelt men 
de validiteit van een item
de vraag, opdracht, uitspraak bij een meerkeuzevraag
de opdracht bij een open vraag van waaruit je zelf de vertakkingen moet aangeven 
een premisse 

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Het verschil tussen geprecodeerde en niet gepredocedeerde vragen bestaat erin dat je bij niet-geprecodeerde vragen het antwoordmateriaal op & of andere manier moet bewerken, terwijl je bij geprecodeerde vragen het antwoordmateriaal niet mt bewerken enkel het juiste antwoord moet aanduiden
juist
fout

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

welke bewering is juist
bij de classificatievraag krijgt een ll een reeks voorgelegd die hij in de juiste volgorde moet plaatsen
efficiëntie van een toeets gaat steeds ten kosten van validiteit en betrouwbaarheid
bij het opstellen van een toets  moet je steeds de leerdoelen in het achterhoofd houden . Niet elke vraagvorm is geschikt voor elk leerdoel
meerkeuzevragen met giscorrectie zijn te verkiezen boven 'gedwongen-raden' systeem waarbij je verplicht alle vragen moet beantwoorden.