Vocabulaire unité 30

Vocabulaire unité 30

6th Grade

10 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

Woordenschatles cito 7-8

Woordenschatles cito 7-8

6th - 7th Grade

12 Qs

Medicatie controleren en uitzetten

Medicatie controleren en uitzetten

1st - 10th Grade

10 Qs

Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Persoonsvorm tegenwoordige tijd

1st - 10th Grade

10 Qs

2F Spelling 6 nov - 10 nov

2F Spelling 6 nov - 10 nov

KG - University

10 Qs

Girls

Girls

1st - 12th Grade

10 Qs

Rekenen in de lente

Rekenen in de lente

2nd - 8th Grade

13 Qs

Taal thema 7 Woorden met verkeer en vervoer.

Taal thema 7 Woorden met verkeer en vervoer.

6th Grade

10 Qs

De geur van eten

De geur van eten

1st - 12th Grade

9 Qs

Vocabulaire unité 30

Vocabulaire unité 30

Assessment

Quiz

Other

6th Grade

Easy

Created by

Stein Voet

Used 7+ times

FREE Resource

10 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Tot morgen!

à demain!

à bientôt!

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

een fout

un faute

une faute

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

schrijven

écrire

entendre

devoir

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

l'agent … parle (de agent die spreekt)

ce que

qui

au

si

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

…… page 14 (op blz. 14)

au

à la

qui

aux

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

ça va mieux

Het gaat goed.

Het gaat beter.

Het gaat slecht.

Het gaat wel

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

une tête

een buik

een hoofd

een oor

een arm

Create a free account and access millions of resources

Create resources
Host any resource
Get auto-graded reports
or continue with
Microsoft
Apple
Others
By signing up, you agree to our Terms of Service & Privacy Policy
Already have an account?