3 Havo Libre Service Unité 4

3 Havo Libre Service Unité 4

1st - 3rd Grade

22 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

wwspelling

wwspelling

KG - 3rd Grade

18 Qs

Frans Mavo1 Appr.2.7+2.8+2.9

Frans Mavo1 Appr.2.7+2.8+2.9

1st Grade

20 Qs

VWO 4 Idioom unité 3 + 4

VWO 4 Idioom unité 3 + 4

2nd Grade

20 Qs

TV H3 klas 1 (lw, zn, pv-tt)

TV H3 klas 1 (lw, zn, pv-tt)

1st Grade

20 Qs

La nuit blanche de Zoé

La nuit blanche de Zoé

2nd Grade

18 Qs

2KBL pv, ow, gz H1 herhalen

2KBL pv, ow, gz H1 herhalen

KG - 2nd Grade

20 Qs

Toets I hoofdstuk 5 Scheidbare werkwoorden

Toets I hoofdstuk 5 Scheidbare werkwoorden

1st - 5th Grade

19 Qs

Latijn derdes tweede trimester

Latijn derdes tweede trimester

2nd Grade

20 Qs

3 Havo Libre Service Unité 4

3 Havo Libre Service Unité 4

Assessment

Quiz

World Languages

1st - 3rd Grade

Medium

Created by

Ellis van der Voorn

Used 4+ times

FREE Resource

22 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

45 sec • 1 pt

Traduis les mots soulignés (vertaal de onderstreepte woorden):

Attention, tu vas te faire mal!

slecht aflopen

je slecht maken

je pijn doen

je hebt het slecht gemaakt

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

45 sec • 1 pt

Traduis les mots en gras (vertaal de vetgedrukte woorden):

Cette voiture est vite et puissante.

machtig

sterk

puisterig

plezierig

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

45 sec • 1 pt

Traduis les mots en gras (vertaal de vetgedrukte woorden):

Tu es capable de ça?!

Jij bent niet in staat

Jij bent handig

Jij hebt een cape

Kan jij

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

45 sec • 1 pt

Choisis le mot qui convient et traduis-le en néerlandais (Kies het juiste woord en vertaal in het Nederlands):

Un toboggan/ une araignée est un insecte.

een spin

een vlieg

een glijbaan

een waaghals

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

45 sec • 1 pt

Choisis le mot qui convient et traduis-le en néerlandais (Kies het juiste woord en vertaal in het Nederlands):

Un casse-cou/ un saut n'a jamais peur!

een agent

een waaghals

een militair

een koppensneller

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

45 sec • 1 pt

Choisis le mot qui convient et traduis-le en néerlandais (Kies het juiste woord en vertaal in het Nederlands):

La natation/ le cascadeur est un sport Olympique.

Het speerwerpen

Het raften

Het zwemmen

De marathon

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

45 sec • 1 pt

Traduis en français:

de vechtsport

le tir à l'arc

le sport de combat

la course

la peur de l'échec

Create a free account and access millions of resources

Create resources
Host any resource
Get auto-graded reports
or continue with
Microsoft
Apple
Others
By signing up, you agree to our Terms of Service & Privacy Policy
Already have an account?