isoleren

isoleren

10th Grade

9 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

Voorkennis scheikunde klas 4

Voorkennis scheikunde klas 4

5th - 10th Grade

14 Qs

De Vuursteen Spelen

De Vuursteen Spelen

1st - 10th Grade

14 Qs

Elektriciteit 4H herhalen

Elektriciteit 4H herhalen

3rd Grade - University

13 Qs

Trillingen

Trillingen

10th - 12th Grade

10 Qs

§8.4 bescherming

§8.4 bescherming

8th - 11th Grade

9 Qs

Warmtebalans

Warmtebalans

10th Grade

7 Qs

nask het begin

nask het begin

10th - 11th Grade

10 Qs

H2 NOVA MAX ho. 3

H2 NOVA MAX ho. 3

KG - University

14 Qs

isoleren

isoleren

Assessment

Quiz

Physics

10th Grade

Hard

Created by

Geert Veenstra

Used 71+ times

FREE Resource

9 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Welke vorm van warmtetransport kan alleen plaatsvinden in een vaste stof?

stroming

straling

geleiding

2.

MULTIPLE SELECT QUESTION

30 sec • 1 pt

Stroming kan plaatsvinden in een (meerdere antwoorden mogelijk)

vaste stof

vloeistof

gasvormige stof

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Welke vorm van warmtetransport heeft geen tussenstof nodig

stroming

straling

geleiding

4.

MULTIPLE SELECT QUESTION

45 sec • 1 pt

Media Image

Je ziet een voorbeeld van drie vormen van warmtetransport in de keuken. Welke vormen van warmtetransport stellen de getallen 1, 2 en 3 voor?

1 stroming; 2 straling; 3 geleiding

1 straling; 2 stroming; 3 geleiding

1 geleiding; 2 stroming; 3 straling

1 geleiding; 2 straling; 3 geleiding

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

Welke vorm van warmtetransport wordt voornamelijk tegen gegaan als in een spouw isolatiemateriaal zoals glaswol wordt gebruikt?

stroming

straling

geleiding

stroming en geleiding

6.

FILL IN THE BLANK QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

Je ziet een formule waarmee je de hoeveelheid warmte kunt bereken die wegstroomt in een bepaalde tijd. De letter U is een maat voor de kwaliteit van de isolatie.

Als U groot is, dan is een woning goed / slecht geïsoleerd

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

De eenheid van warmte is:

Joule

Watt

m2

W/m2

8.

FILL IN THE BLANK QUESTION

45 sec • 1 pt

Een huis kamer heeft een raam (U = 6 W/m2) van 1 m2. De temperatuur buiten is 10 ˚C. Binnen is het 20 ˚C. Hoeveel warmte verdwijnt er per seconde door de ramen? Geef een antwoord plus een eenheid

9.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

1 min • 1 pt

Je fiets staat in de schuur. Het is in de schuur 5 ˚C. Je (ijzeren) fiets voelt veel kouder aan dan het handvat van je stuur (die van rubber is). Dat komt omdat

het handvat warmer is dan de fiets.

de temperatuur van het handvat hoger is dan de temperatuur van de fiets

het handvat veel beter isoleert dan de ijzeren fiets. Daardoor stroomt er per seconde minder warmte weg uit je hand.

De ijzeren fiets een hogere U waarde heeft. Daardoor stroomt er per seconde meer warmte weg.

De oppervlakte van de fiets groter is.