Organen & Cellen DS 1+2

De soort neushoorn heeft een levenscyclus die wordt herhaald.

Wat wordt hiermee bedoeld?

• Dat het leven van neushoorns eindigd met de dood.

• Dat de soort neushoorn blijft bestaan, doordat organismen (individuen) zich voortplanten.

• Dat neushoorns na het paren doodgaan.

In de afbeelding zie je een merel die uit het ei komt, opgroeit, volwassen wordt (de zwarte merel), zich voortplant en doodgaat.

Als in deze afbeelding steeds dezelfde merel is afgebeeld, wat is dan op al deze plaatjes bij elkaar van deze ene merel getekend?

• De levensloop van deze merel.

• De levenscyclus van deze merel.

• De ontwikkeling van deze merel.

Vanaf de parende merels gaat een pijl naar een merel die doodgaat.

Wat wordt hiermee bedoeld?

• Dat het leven van merels eindigt met de dood.

• Dat het mannetje na het paren altijd doodgaat.

• Dat merels na het paren doodgaan.

In de afbeelding zie je tekeningen van merels met pijlen die steeds ronddraaien.

Wat wordt hiermee bedoeld?

Hiermee wordt de ....... van een merel bedoeld.

Tot welk levenskenmerk hoort 'bewegen'?

• Ademhalen

• Uitscheiden

• Reageren op prikkels

• Groei

• Voeden

Welke levenskenmerken horen bij stofwisseling?

• Ademhalen

• Bewegen

• Groei

• Voeden

• Uitscheiden

Ella ziet een paard gras eten.

Ziet Ella een levenskenmerk bij dit paard?

• Ja.

• Nee.

Wat bedoelen we met de stofwisseling van een mens?

• Alleen de omzettingen van de ene stof in de andere stof bij de ademhaling van een mens.

• Alle omzettingen van de ene stof in de andere stof in het lichaam van een mens.

Bij welke organismen komt het levenskenmerk 'reageren op prikkels' voor?

• Alleen bij dieren.

• Alleen bij planten.

• Bij alle organismen.

Enkele processen bij de mens zijn stofwisseling, voortplanten en voeden.

Welke van deze processen zijn levenskenmerken?

• Alleen stofwisseling en voeden.

• Alleen voortplanten en voeden.

• Zowel stofwisseling, voortplanten als voeden.