Project: mobiliteit

Project: mobiliteit

2nd Grade

22 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

Leesvaardigheid

Leesvaardigheid

1st - 12th Grade

21 Qs

Les 1 werkwoordspelling

Les 1 werkwoordspelling

1st - 12th Grade

18 Qs

Vaste voorzetsels

Vaste voorzetsels

1st - 10th Grade

20 Qs

Taal Thema 6 les 5

Taal Thema 6 les 5

1st - 12th Grade

20 Qs

Astérix en Obélix

Astérix en Obélix

2nd Grade

20 Qs

Grammaticaproject 5 (Klas 3) diagnostische toets

Grammaticaproject 5 (Klas 3) diagnostische toets

1st - 3rd Grade

22 Qs

Woordenschat hoofdstuk 1 en 2 V2

Woordenschat hoofdstuk 1 en 2 V2

2nd Grade

18 Qs

Het Achterhuis 1943 (deel 2)

Het Achterhuis 1943 (deel 2)

2nd Grade

18 Qs

Project: mobiliteit

Project: mobiliteit

Assessment

Quiz

Other

2nd Grade

Medium

Created by

Carolien Clottemans

Used 3+ times

FREE Resource

22 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

Een bus die een halte verlaat heeft altijd voorrang.

Nee, de bus moet altijd wachten tot er geen verkeer meer aankomt. Dat geldt binnen en buiten de bebouwde kom.

Ja, elke weggebruiker moet een bus die een halte verlaat altijd voorrang verlenen. Dat geldt binnen en buiten de bebouwde kom.

Buiten de bebouwde kom gelden de gewone verkeersregels en moet de bus voorrang verlenen. Binnen de bebouwde kom heeft de bus altijd voorrang op alle weggebruikers.

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

Aankomende fietsers moeten hier stoppen voor de busreizigers.

Ja, de op- en afstappende reizigers hebben voorrang op de fietsers.

Nee, de op- en afstappende reizigers moeten aan de kant wachten en de aankomende fietsers doorlaten. Ze mogen de fietsers niet hinderen.

Nee, de aankomende fietsers mogen tussen de op- en afstappende reizigers verder fietsen, maar ze moeten daarbij wel vertragen en voorzichtig zijn.

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

Fietsers mogen hier de busstrook gebruiken.

Ja, dat mag altijd.

Nee, dat mag niet. Tenzij er een fietssymbool op de rijweg zelf staat.

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

Fietsers mogen hier de busstrook

gebruiken.

Ja, hier mogen de fietsers in beide richtingen op de busstrook rijden.

Ja, hier mogen de fietsers op de busstrook rijden als ze in dezelfde richting rijden als de bus en als ze achter elkaar rijden.

Ja, hier mogen de fietsers naast elkaar op de busstrook rijden. Er is plaats genoeg.

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

Wie heeft voorrang?

De tram.

De fietser, want hij komt van rechts.

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

Mogen de fietsers hier naast elkaar fietsen?

Ja, het is een busstrook en meteen ook een breed fietspad.

Nee, het is een busstrook waarop je mag fietsen, maar je mag er niet naast elkaar fietsen.

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

Wie heeft in de bebouwde kom hier voorrang?

De fietser

De bus

Create a free account and access millions of resources

Create resources
Host any resource
Get auto-graded reports
or continue with
Microsoft
Apple
Others
By signing up, you agree to our Terms of Service & Privacy Policy
Already have an account?