Werkwoordspelling - alles door elkaar 8

De maand december ___________ gezien als een feestmaand (worden).

Toen ik jong was, _____________ wij echt veel feestjes in deze maand (vieren).

Allereerst wordt iedereen ____________ met cadeautjes omdat we Sinterklaas vieren op 5 december (verwennen).

Sinterklaas controleert natuurlijk wel of je het hele jaar goed hebt ____________ (luisteren).

Anders word je __________________ naar Spanje (meenemen).

Wat ____________ er met de meegenomen kinderen? Niemand weet het! (gebeuren)

Gelukkig ben ik nog nooit in de zak _____________ (belanden).

Op 6 december is het in mijn familie weer feest. Mijn tante is dan namelijk jarig en ______________ altijd op de lekkerste taart! (trakteren)

Vroeger ____________ we altijd naar Nieuwkoop toe op 6 december om haar verjaardag te vieren (rijden).

Op 8 december wordt het belangrijkste feest van de maand ________________ (vieren). Ik ben dan namelijk jarig!