Op reis! - woordenschat uit les 11

Wat betekent "een ogenblikje"?

• powieka

• godzina

• chwila

Wat is dat?

• materiaal

• pleister

• verband

Wat betekent "verstandig"?

• rozumny

• głupi

• myślący

Wat betekendt "overnachting"?

• przejazd

• usługa

• nocleg

Wat is dat?

• tent

• kamping

• caravan

Wat is dat?

• vaccinatie

• malaria

• griep

Wat betekent "rijbewijs"?

• dowód osobisty

• paszport

• prawo jazdy

Wat betekent "geldig"?

• odpowiedni

• ważny

• przygotowany

Wat betekent "inbegrijpen"?

• stosować

• chwytać

• zawierać

Wat is dat?

• poort

• luchthaven

• vliegveld