M4 deel I: Staatsinrichting

M4 deel I: Staatsinrichting

1st Grade

50 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

Herhaling leerstof 1A

Herhaling leerstof 1A

1st Grade

49 Qs

Arm & Rijk, Slavernij

Arm & Rijk, Slavernij

1st - 5th Grade

54 Qs

Familie Broekhuis Corona Kerst Quiz

Familie Broekhuis Corona Kerst Quiz

1st Grade - University

50 Qs

GS H5 1D

GS H5 1D

1st Grade

45 Qs

De Grote Geniale Nederlands-quiz

De Grote Geniale Nederlands-quiz

1st - 4th Grade

52 Qs

deel 4: de Tweede Wereldoorlog

deel 4: de Tweede Wereldoorlog

1st Grade

46 Qs

QUIZZIZ IPS KELAS 8 SMP ASISI JAKARTA

QUIZZIZ IPS KELAS 8 SMP ASISI JAKARTA

1st - 5th Grade

45 Qs

Wudnt, Titchener, W James

Wudnt, Titchener, W James

KG - University

50 Qs

M4 deel I: Staatsinrichting

M4 deel I: Staatsinrichting

Assessment

Quiz

History

1st Grade

Medium

Created by

Maarten Roos

Used 31+ times

FREE Resource

50 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Thorbecke - bedenker van de grondwetswijziging van 1848 - was een:

Socialist

Liberaal

Protestant

Katholiek

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

De grondwetswijziging van 1848 zorgt ervoor dat de koning:

meer macht krijgt

zijn huidige macht in stand houdt

(veel) minder macht krijgt

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Koning Willem II wilde eerst niet de grondwet in 1848 veranderen, maar daarna toch wel. Waarom?

Hij kreeg begrip voor het volk.

Overal in Europa braken revoluties uit. Willem II was bang om zijn positie als koning te verliezen.

Willem II was niet zo geschikt om te regeren.

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Constitutionele monarchie betekent:

een land zonder koning, een president heeft de macht

Een land met koning, maar zonder grondwet

Een land met koning, die zich aan de grondwet moet houden.

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

De koning is onschendbaar, betekent:

De koning kan worden afgezet

De koning is niet verantwoordelijk voor zijn uitspraken en fouten ; de ministers zijn daar wél voor verantwoordelijk.

De koning kan doen wat hij wil

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Een voorbeeld van een indirecte verkiezing is:

stemmen op de Tweede Kamer

stemmen op de Provinciale Staten

stemmen op de gemeenteraad

stemmen op de Eerste Kamer

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Als je een wet wilt maken:

recht op amendement

recht op enquete

recht van interpellatie

recht van initiatief

Create a free account and access millions of resources

Create resources
Host any resource
Get auto-graded reports
or continue with
Microsoft
Apple
Others
By signing up, you agree to our Terms of Service & Privacy Policy
Already have an account?