Wie vertelt het verhaal van Cephalus en Procris? Noem de naam.

Waarom noemt Cephalus de speer een bron van ongeluk?

• Hij heeft er de woede van de goden mee op de hals gehaald

• Hij heeft geleid tot de dood van zijn vrouw

• De speer was vervloekt

• Hij verloor de speer

welk stijlfiguur herken je in flere facit facietque (r. 161)

694: Procris. Met welke woorden is zij eerder aangeduid?

Naar wie/wat verwijst 'hanc' in regel 697? Indien een ding, noem het woord. Indien een persoon, noem de naam.

Waarmee congrueren tendentem (701), en invitum (704)

705-707. Welke positieve eigenschappen/'coole dingen' van Aurora worden geschetst?

• Ze heeft een heel mooi lichaam

• Ze heerst over de ochtendschemer

• Ze heerst over de avondschemer

• Ze voedt zich met water met nectar en is dus een godin

Waarom wil Cephalus niet met Aurora mee? Citeer het Latijn.

non habuisse voles (713). Deze woorden vormen een soort echo van woorden uit het voorafgaande. Welke woorden? Citeer.

In tekst D worden redenen gegeven waarom Procris wél ontrouw zou kunnen zijn tegenover redenen waarom ze dat niet zou zijn. Citeer het woord dat tegenover 'facies aetasque' (716) wordt gezet.