TC B1 3.3 woorden leren

Schrijf het werkwoord van het woord tussen (haakjes). Let op de vorm! Alles is tegenwoordige tijd.

De dokter (de behandeling) de wond van de man.

Wij (de oefening) met de tegenwoordige tijd.

Ik (de vergelijking) de restaurants met elkaar.

Mijn man (de stofzuiger) de woonkamer.

Zij (de dans) met haar partner.

Wij (de concentratie) ons op de les.

Hij (het spel) voetbal met zijn vrienden.

De collega's (de vergadering) over de nieuwe maatregelen van de baas.

Schrijf het zelfstandig naamwoord (de/het-woord) van het woord tussen (haakjes).

De medewerkers nemen de (leveren) aan van de chauffeur.

Het is lente, en dus is het tijd voor de grote (schoonmaken).