NT2 A1 zeggen-schrijven-lezen-hebben-zijn t.t.

NT2 A1 zeggen-schrijven-lezen-hebben-zijn t.t.

2nd Grade

18 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

Futur

Futur

1st - 10th Grade

15 Qs

zakelijke e-mail

zakelijke e-mail

KG - 3rd Grade

21 Qs

Pouvoir en vouloir

Pouvoir en vouloir

1st - 2nd Grade

16 Qs

Disk Toekomst A2

Disk Toekomst A2

KG - 12th Grade

20 Qs

Verkleinwoorden

Verkleinwoorden

2nd - 4th Grade

15 Qs

haben und sein

haben und sein

1st - 2nd Grade

18 Qs

Instroom 1 - Het persoonlijk voornaamwoord

Instroom 1 - Het persoonlijk voornaamwoord

1st - 6th Grade

21 Qs

Werkwoordsspelling

Werkwoordsspelling

2nd Grade

17 Qs

NT2 A1 zeggen-schrijven-lezen-hebben-zijn t.t.

NT2 A1 zeggen-schrijven-lezen-hebben-zijn t.t.

Assessment

Quiz

World Languages

2nd Grade

Medium

Created by

Inge Boer

Used 1+ times

FREE Resource

18 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Hij (hebben) een fiets.

hebt

heeft

heb

hebben

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

(zijn) jij op school?

ben

bent

is

zijn

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Ik (zijn) in Leeuwarden.

is

ben

bent

zijn

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

(zijn) jullie in Amsterdam?

zijn

is

bent

ben

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Ik (gaan) naar huis.

ga

gaa

gaan

gaat

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Hij (lopen) naar de bus.

Loop

loopt

lopt

lopen

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Ik (zeggen) ''hoi''.

zeg

zegg

zeggen

zegt

Create a free account and access millions of resources

Create resources
Host any resource
Get auto-graded reports
or continue with
Microsoft
Apple
Others
By signing up, you agree to our Terms of Service & Privacy Policy
Already have an account?