Geldzaken beco h4  Quiz

Geldzaken beco h4 Quiz

5th Grade

16 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

Internationale handel - Internationaal betalingsverkeer

Internationale handel - Internationaal betalingsverkeer

1st - 5th Grade

20 Qs

Veldsink Dagen

Veldsink Dagen

1st - 10th Grade

18 Qs

Quiz H1

Quiz H1

1st - 5th Grade

14 Qs

5 TC/TO Waarom economie in de richting TC/TO?

5 TC/TO Waarom economie in de richting TC/TO?

5th Grade

20 Qs

Herhaling H1.1 FEV

Herhaling H1.1 FEV

5th Grade

15 Qs

Essent Team Guide quiz

Essent Team Guide quiz

1st - 5th Grade

16 Qs

Boekhoudkundig verwerken van AF

Boekhoudkundig verwerken van AF

5th Grade

17 Qs

Aankoopproces vervolg

Aankoopproces vervolg

1st - 12th Grade

18 Qs

Geldzaken beco h4  Quiz

Geldzaken beco h4 Quiz

Assessment

Quiz

Business

5th Grade

Medium

Created by

Rik H.

Used 1+ times

FREE Resource

16 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Wat is het belangrijkste verschil tussen een levensverzekering en een schadeverzekering?

Een levensverzekering keert altijd uit, een schadeverzekering alleen bij schade.

Een levensverzekering dekt materiële schade, een schadeverzekering medische kosten.

Een levensverzekering keert uit bij overlijden, een schadeverzekering bij verlies van inkomen.

Een levensverzekering heeft een vaste looptijd, een schadeverzekering is permanent.

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Wat is een nadeel van verzekeren?

Het zorgt voor financiële zekerheid.

Je betaalt altijd premie, ook al maak je geen schade.

Het vermindert de kans op onvoorziene kosten.

Het beschermt tegen alle vormen van verlies.

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Stel, het aandeel van een bepaald product in de totale omzet is 20%. Wat betekent dit?

20% van de omzet is behaald met dat product.

De omzet van dat product is met 20% toegenomen.

De omzet van het product is 20% lager dan vorig jaar.

80% van de omzet komt van andere producten.

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Als de prijs van een product stijgt van €50 naar €60, wat is de procentuele verandering?

10%

20%

15%

25%

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Wat is het verschil tussen procent en promille?

Procent is 1/100, promille is 1/1000.

Procent is een absoluut getal, promille een verhouding.

Procent is groter dan promille.

Er is geen verschil; ze zijn uitwisselbaar.

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Welke van de volgende is een vorm van consumptief krediet?

Lineaire hypotheek

Doorlopend krediet

Annuleringsverzekering

Arbeidsongeschiktheidsverzekering

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Wat is een annuïteit bij een lening?

Een gelijkblijvend bedrag dat bestaat uit aflossing en rente.

Een vaste rentevoet over de gehele looptijd.

Het bedrag dat je aan rente betaalt, dat afneemt naarmate je meer aflost.

Een lening zonder vaste looptijd.

Create a free account and access millions of resources

Create resources
Host any resource
Get auto-graded reports
or continue with
Microsoft
Apple
Others
By signing up, you agree to our Terms of Service & Privacy Policy
Already have an account?