Nederlands op niveau - Grammatica 1-4

Nederlands op niveau - Grammatica 1-4

12th Grade

11 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

Taalverzorging - H1.1 Woordsoorten

Taalverzorging - H1.1 Woordsoorten

9th - 12th Grade

9 Qs

Nederlands in actie H1 Grammatica

Nederlands in actie H1 Grammatica

9th - 12th Grade

10 Qs

Toetsweek 2 Nederlands H/V 3

Toetsweek 2 Nederlands H/V 3

12th Grade

14 Qs

Vormen en vertalingen van de conjunctief

Vormen en vertalingen van de conjunctief

10th - 12th Grade

8 Qs

Klas 1 - Ch3 Les heures

Klas 1 - Ch3 Les heures

12th Grade

15 Qs

werkwoordspelling -d, -dt, -de(n), dde(n), -te(n), -tte(n)

werkwoordspelling -d, -dt, -de(n), dde(n), -te(n), -tte(n)

7th Grade - University

15 Qs

naamwoordelijk en werkwoordelijk gezegde

naamwoordelijk en werkwoordelijk gezegde

12th Grade

14 Qs

Groep 7 persoonsvormen TT & VT

Groep 7 persoonsvormen TT & VT

KG - University

10 Qs

Nederlands op niveau - Grammatica 1-4

Nederlands op niveau - Grammatica 1-4

Assessment

Quiz

World Languages

12th Grade

Easy

Created by

Rita Niland

Used 12+ times

FREE Resource

11 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

Met de conjunctie dus, en, maar, of en want combineer je twee hoofdzinnen.
De volgorde in beide zinnen is:

subject - rest - persoonsvorm

subject - persoonsvorm - rest

onderwerp - rest - werkwoord

persoonsvorm - andere elementen - subject

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

Met de conjuncties indien, nadat, nu, omdat, sinds combineer je:

twee bijzinnen

twee hoofdzinnen

een hoofdzin en een bijzin

twee zinnen met allebei inversie

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

In een bijzin staan:

de werkwoorden na het subject

de werkwoorden vooraan in de zin

de werkwoorden aan het eind

geen werkwoorden

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

Als een zin met een bijzin begint krijg je ..... in de hoofdzin.

een voltooid deelwoord

inversie

een hulpwerkwoord

een werkwoord

5.

MATCH QUESTION

1 min • 1 pt

Media Image

Welke conjuncties en adverbia betekenen ongeveer hetzelfde?
Kies de juiste van de 4, allemaal klaar? Klik op submit.

daarvoor

voordat

daarom

nadat

daarna

doordat

daardoor

omdat

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Media Image

Een wens kun je formuleren met .... plus werkwoord(en)

moeten doen

willen geven

zouden graag / weleens willen

een voltooid deelwoord

7.

MATCH QUESTION

1 min • 1 pt

Media Image

Welke horen er bij elkaar?
Combineer ze alle vijf en klik dan op submit.

gaf

plusquamperfectum

geeft

passieve vorm

had gegeven

presens

word(en) of zijn

imperfectum

heeft gegeven

perfectum

Create a free account and access millions of resources

Create resources
Host any resource
Get auto-graded reports
or continue with
Microsoft
Apple
Others
By signing up, you agree to our Terms of Service & Privacy Policy
Already have an account?