samengestelde zin

samengestelde zin

9th Grade

15 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

mijn, jouw, zijn, haar, ons, onze, jullie, hun.

mijn, jouw, zijn, haar, ons, onze, jullie, hun.

1st - 12th Grade

15 Qs

Test HST4 mavo

Test HST4 mavo

2nd Grade - Professional Development

15 Qs

Herhaling spelling + grammatica blok 1

Herhaling spelling + grammatica blok 1

1st - 10th Grade

20 Qs

Woordenschat H1 klas 1

Woordenschat H1 klas 1

7th - 12th Grade

12 Qs

How Well Do You Know Christal?

How Well Do You Know Christal?

KG - University

10 Qs

Studyflow - W1 - Verschillende Soorten Werkwoorden - A

Studyflow - W1 - Verschillende Soorten Werkwoorden - A

9th - 12th Grade

11 Qs

Woordenboekles2

Woordenboekles2

9th Grade

10 Qs

Taalkundig ontleden 4vmbo-BB

Taalkundig ontleden 4vmbo-BB

7th - 12th Grade

20 Qs

samengestelde zin

samengestelde zin

Assessment

Quiz

Other

9th Grade

Practice Problem

Medium

Used 32+ times

FREE Resource

AI

Enhance your content in a minute

Add similar questions
Adjust reading levels
Convert to real-world scenario
Translate activity
More...

15 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Wanneer noemen we een zin samengesteld?

Als er meerdere werkwoorden in de zin staan.

Als er meer dan 1 persoonsvorm in staat.

Als er 1 persoonsvorm in de zin staat.

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Als het oudejaarsavond is, steken wij vuurwerk af.
Enkelvoudige of samengestelde zin?

enkelvoudig
samengesteld

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Ik ga naar de markt, omdat ik appels wil kopen.

Zoek de persoonsvorm(en)!

ga

wil kopen

ga en wil

kopen

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

1 min • 1 pt

De parkietjes kijken graag naar buiten, want daar gebeurt tenminste iets.

Enkelvoudige of samengestelde zin?

enkelvoudig

samengesteld

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

1 min • 1 pt

Een bijzin is:

Het deel van de samengestelde zin na het voegwoord.

Het belangrijkste deel van de samengestelde zin.

Een deel van een samengestelde zin waarin onderwerp en persoonsvorm niet naast elkaar hoeven te staan.

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

1 min • 1 pt

Nevenschikkende voegwoorden zijn:

want, maar, en, of

zodat, doordat, omdat, of, maar

zodat, doordat, omdat, totdat, dat

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

1 min • 1 pt

Of:

is geen voegwoord

kan zowel gebruikt worden als onderschikkend als nevenschikkend voegwoord

verbindt alleen hoofdzinnen met elkaar

verbindt alleen bijzinnen met elkaar

Create a free account and access millions of resources

Create resources

Host any resource

Get auto-graded reports

Google

Continue with Google

Email

Continue with Email

Classlink

Continue with Classlink

Clever

Continue with Clever

or continue with

Microsoft

Microsoft

Apple

Apple

Others

Others

Already have an account?