De Middeleeuwen duurden van

• gisteren tot overmorgen

• 500 tot 1000

• 1960 tot 2020

• 300 tot 500

het hof is

• een huis waarin de heer woont

• een heel oude boom

• een torenflat

• een tuinman

Geestelijken zijn

• boeren

• mensen die over het geloof vertelt

• rijke heren die het land besturen

• mensen die bij het land horen

de heer

• is iemand die over het geloof vertelt

• is een boer die niet vrij is en bij het land hoort

• is iemand die over het geloof vertelt

• is een man met veel land in zijn bezit

Karel de Grote was

• niet echt belangrijk

• Koning van de Franken van 768 tot 814

• Koning van de Saksen van 768 tot 814

• Een belangrijke paus

een herendienst was

• een kerkdienst

• een groep mannen

• niet bedoeld voor vrouwen

• een klus die een horige moet doen voor de heer

een palts was

• het huis van de horigen

• een paleis van de koning

• een dorp

• een plek waar je altijd wat te drinken kon krijgen

een vrije boer

• zorgde voor de kerkdiensten

• was nooit thuis

• hoorde bij het land

• werk op een stuk land van de boer

een leen was

• een stuk grond dat de koning te leen gaf

• een huis dat de koning te leen gaf

• een koe die de koning te leen gaf

• een ridder die geen vaste woonplaats had

de adel was

• een grote groep horigen

• altijd bezig om het land veilig te maken

• een kleine groep rijke heren die het land bestuurde

• een andere naam voor geestelijken