Oefententamen Recht

Oefententamen Recht

Professional Development

49 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

Microbiología

Microbiología

Professional Development

49 Qs

Dominio 1 USICAMM 2024

Dominio 1 USICAMM 2024

Professional Development

45 Qs

RETROALIMENTACION 2DO

RETROALIMENTACION 2DO

Professional Development

54 Qs

Dominio 3 USICAMM 2024

Dominio 3 USICAMM 2024

Professional Development

45 Qs

Plan 2022 Maratón

Plan 2022 Maratón

Professional Development

45 Qs

Quiz Literário Assombrado - Escolas literárias  @culturaescola

Quiz Literário Assombrado - Escolas literárias @culturaescola

Professional Development

49 Qs

CTE Y PMCE

CTE Y PMCE

Professional Development

49 Qs

installatie

installatie

Professional Development

44 Qs

Oefententamen Recht

Oefententamen Recht

Assessment

Quiz

Education

Professional Development

Hard

Created by

Maikel den Otter

Used 9+ times

FREE Resource

49 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

2 mins • 1 pt

Rechtsregels zijn dwingend of aanvullend van aard. Vraag: Welke bewering is juist?

A. Wanneer gehandeld wordt in strijd met een regel van dwingend recht, leidt dit tot nietigheid. B. In het privaatrecht komen uitsluitend regels van dwingend recht voor.

C. Van een dwingende rechtsregel mag worden afgeweken, indien beide partijen daarmee uitdrukkelijk akkoord gaan.

A

B

C

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

2 mins • 1 pt

In Boek 6 van het BW is het algemene verbintenissenrecht terug te vinden. In Boek 7 van het BW is onder meer de huurovereenkomst geregeld. Stel nu dat er in een specifieke situatie sprake is van een tegenstrijdigheid tussen de regels van Boek 6 en de regels van Boek 7 ten aanzien van een huurovereenkomst.

Vraag: Welke rangorde is in dit geval van toepassing?

A Hogere regelingen gaan voor lagere regelingen, dus de regels van Boek 6 gaan voor.

B Bijzondere regelingen gaan voor algemene regelingen, dus de regels van Boek 7 gaan voor.

C Beide regelingen zijn gelijktijdig tot stand gekomen, dus een rechter moet oordelen welke regeling voorgaat.

A

B

C

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

2 mins • 1 pt

Soms wordt een arbeidsovereenkomst beëindigd op initiatief van de werkgever. Vraag: In welk geval dient een werkgever zich tot het UWV te wenden om een ontslagvergunning te krijgen?

A In geval van langdurige ziekte van de werknemer.

B In geval van een verstoorde arbeidsrelatie.

C In geval van disfunctioneren van de werknemer.

A

B

C

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

2 mins • 1 pt

Vraag: Welk beginsel speelt geen rol bij Collectief ontslag?

A Het anciënniteitbeginsel

B Het eenheidsbeginsel

C Het afspiegelingsbeginsel

A

B

C

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

2 mins • 1 pt

Vraag: In welke overeenkomst kan de werkgever een geldig concurrentiebeding opnemen?

A In de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd van de 16-jarige Jorg, bij een telecomaanbieder.

B In de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd met de 40-jarie Willy, die in de catering gaat werken.

C Bij de 19-jarige Pascalle die een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd bij een nagelstudio krijgt.

A

B

C

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

2 mins • 1 pt

Vraag: Welk hieronder genoemd alternatief vormt geen onderdeel van de ketenregeling?

A Een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd mag maximaal twee maal voor bepaalde tijd worden verlengd. Bij een derde verlenging en dus de vierde overeenkomst is sprake van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.

B In totaal mogen opeenvolgende contracten samen niet langer dan 36 maanden duren. Als de termijn van 36 maanden is overschreden dan is vanaf het moment van overschrijden sprake van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.

C In totaal mogen opeenvolgende contracten samen niet langer dan 36 maanden duren. Als de termijn van 36 maanden is overschreden dan rust op de werkgever de verplichting met de werknemer in gesprek te gaan tot het aangaan van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.

A

B

C

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

2 mins • 1 pt

Lieke sluit een arbeidsovereenkomst met het ‘Wespennest’ In de overeenkomst wordt een proeftijd opgenomen van 3 maanden. Op grond van dwingend recht mag een proeftijd maximaal 2 maanden duren.

Vraag: Wat betekent dit voor het proeftijdbeding in de arbeidsovereenkomst?

A Het proeftijdbeding is nietig

B Het proeftijdbeding is venietigbaar

C De arbeidsovereenkomst wordt ontbonden

A

B

C

Create a free account and access millions of resources

Create resources
Host any resource
Get auto-graded reports
or continue with
Microsoft
Apple
Others
By signing up, you agree to our Terms of Service & Privacy Policy
Already have an account?