Oefeningen werkwoordspelling in verleden tijd.

Oefeningen werkwoordspelling in verleden tijd.

7th Grade

11 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

Test Nederlands

Test Nederlands

1st - 12th Grade

8 Qs

Répétition chapitre 6 GL 2HV

Répétition chapitre 6 GL 2HV

6th - 8th Grade

15 Qs

1KLT - De wagenrennen

1KLT - De wagenrennen

7th Grade - University

15 Qs

Frans Jaar 3 Hoofdstuk 3/4

Frans Jaar 3 Hoofdstuk 3/4

KG - University

10 Qs

Frans regelmatige werkwoorden op -er

Frans regelmatige werkwoorden op -er

7th - 8th Grade

12 Qs

De verleden tijd (1)

De verleden tijd (1)

KG - 12th Grade

10 Qs

LS 1hv ww ALLER

LS 1hv ww ALLER

6th - 8th Grade

14 Qs

Disco les 8

Disco les 8

KG - University

12 Qs

Oefeningen werkwoordspelling in verleden tijd.

Oefeningen werkwoordspelling in verleden tijd.

Assessment

Quiz

World Languages

7th Grade

Hard

Created by

Maaike Bouwkamp

Used 5+ times

FREE Resource

11 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

3 mins • 1 pt

1 Het hele werkwoord.

2. De stam van het werkwoord.

3. de verleden tijd die hoort bij 'jij'.

Waar staat de fout?

verwachten

verwacht

verwachtte

beleven

belev

beleefde

praten

prat

praatte

mogen

mag

mocht

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

45 sec • 1 pt

1 Het hele werkwoord.

2. De stam van het werkwoord.

3. de verleden tijd die hoort bij 'jij'.

Waar staat de fout?

verbergen

verberg

verbergte

sussen

suss

suste

verhuizen

verhuiz

verhuisde

verbazen

verbaz

verbaasde

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

45 sec • 1 pt

1 Het hele werkwoord.

2. De stam van het werkwoord.

3. de verleden tijd die hoort bij 'jij'.

Waar staat de fout?

vrezen

vrez

vreeste

verloten

verlot

verlootte

zappen

zapp

zapte

verbazen

verbaz

verbaasde

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

45 sec • 1 pt

1 Het hele werkwoord.

2. De stam van het werkwoord.

3. de verleden tijd die hoort bij 'jij'.

Waar staat de fout?

melden

meld

meldde

poffen

pof

pofte

heten

het

heette

slagen

slag

slaagde

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

45 sec • 1 pt

1 Het hele werkwoord.

2. De stam van het werkwoord.

3. de verleden tijd die hoort bij 'jij'.

Waar staat de fout?

schuilen

schuil

schuilde

schrobben

schrobb

schrobde

proeven

proef

proefde

vrezen

vrez

vreesde

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

45 sec • 1 pt

1 Het hele werkwoord.

2. De stam van het werkwoord.

3. de verleden tijd die hoort bij 'jij'.

Waar staat de fout?

aanvaarden

aanvaard

aanvaardde

verven

verv

verfde

twijfelen

twijfel

twijfelde

smeden

smed

smede

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

45 sec • 1 pt

1 Het hele werkwoord.

2. De stam van het werkwoord.

3. de verleden tijd die hoort bij 'jij'.

Waar staat de fout?

hoeven

hoev

hoevde

maaien

maai

maaide

starten

start

startte

hoeven

hoef

hoefde

Create a free account and access millions of resources

Create resources
Host any resource
Get auto-graded reports
or continue with
Microsoft
Apple
Others
By signing up, you agree to our Terms of Service & Privacy Policy
Already have an account?