Werkwoorden herhaling

Werkwoorden herhaling

5th Grade

22 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

Europese Dag van de Talen

Europese Dag van de Talen

1st - 12th Grade

20 Qs

Werkwoordspelling tegenwoordige tijd PV TT/INF/GW

Werkwoordspelling tegenwoordige tijd PV TT/INF/GW

1st - 12th Grade

25 Qs

Voornaamwoorden en Voegwoorden

Voornaamwoorden en Voegwoorden

2nd - 5th Grade

17 Qs

klas 3 keuzevoorzetsels (vervolg)

klas 3 keuzevoorzetsels (vervolg)

1st Grade - Professional Development

20 Qs

Kijker 4 les 3/4

Kijker 4 les 3/4

5th Grade

20 Qs

Werkwoordvervoegingen in de tegenwoordige tijd

Werkwoordvervoegingen in de tegenwoordige tijd

3rd - 7th Grade

20 Qs

Tekstverbanden en signaalwoorden

Tekstverbanden en signaalwoorden

1st - 10th Grade

17 Qs

Reporteros U5 Repaso

Reporteros U5 Repaso

1st - 12th Grade

22 Qs

Werkwoorden herhaling

Werkwoorden herhaling

Assessment

Quiz

World Languages

5th Grade

Medium

Created by

Hanne Waterschoot

Used 6+ times

FREE Resource

22 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

20 sec • 1 pt

Deze zin staat in welke tijd?

Zij slapen in een boomhut.

tegenwoordige tijd (t.t.)

verleden tijd (v.t.)

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

20 sec • 1 pt

Bij de ik-vorm in de t.t. is het STAM + ...

t

dt

niets

Answer explanation

Media Image

Bij de ik-vorm gebruik je gewoon de STAM.

Ik loop.

Ik eet.

Ik speel.

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

20 sec • 1 pt

Bij de jij en hij/zij-vorm in de t.t. is het STAM + T.

Waar

Niet waar

Answer explanation

Media Image

Wanneer je de 2e persoon enkelvoud of 3e persoon enkelvoud hebt gebruik je STAM+T.

Jij helpT.

Hij zwemT.

Zij landT.

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

20 sec • 1 pt

Wanneer 'jij' achter de persoonsvorm staat voeg je een -t toe.

Waar

Niet waar

Answer explanation

Media Image

Wanneer jij of je voor de pv staat gebruik je gewoon de STAM.

Teken jij ...

Slaap jij ...

Kook je ...

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

20 sec • 1 pt

Bij de 1e, 2e en 3e persoon meervoud in de t.t. is het STAM + ...

EN

TEN

DEN

niets

Answer explanation

Media Image

Bij de 1e, 2e en 3e persoon meervoud gebruik je STAM + EN.

Wij zwemmen.

Jullie typen.

Zij helpen.

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

20 sec • 1 pt

Duid het juiste antwoord aan: Hij ... (belanden) met zijn beide voeten op de grond.

belant

beland

belandt

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

20 sec • 1 pt

Annemie en Joris ... (vullen) een pot met knikkers.

vullen

vult

vul

Create a free account and access millions of resources

Create resources
Host any resource
Get auto-graded reports
or continue with
Microsoft
Apple
Others
By signing up, you agree to our Terms of Service & Privacy Policy
Already have an account?