Homoniemen en Synoniemen

Homoniemen en Synoniemen

KG - University

8 Qs

quiz-placeholder

Similar activities

Soorten zinnen

Soorten zinnen

1st Grade

10 Qs

Nulmeting leesvaardigheid vwo 5

Nulmeting leesvaardigheid vwo 5

University

11 Qs

Staal spelling groep 4, cat 9 voorvoegsel

Staal spelling groep 4, cat 9 voorvoegsel

1st - 4th Grade

10 Qs

Tijd & ruimte

Tijd & ruimte

1st - 3rd Grade

12 Qs

Eigen vermogen

Eigen vermogen

1st Grade

10 Qs

Breuken

Breuken

1st - 6th Grade

11 Qs

2F Spelling oktober week 3

2F Spelling oktober week 3

KG - Professional Development

10 Qs

Thema 8: Gezinnen deel 1

Thema 8: Gezinnen deel 1

3rd Grade

13 Qs

Homoniemen en Synoniemen

Homoniemen en Synoniemen

Assessment

Quiz

Other

KG - University

Medium

Created by

Ivo Hundscheid

Used 12+ times

FREE Resource

8 questions

Show all answers

1.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Wat is een homoniem? 
Twee woorden die je hetzelfde schrijft maar iets anders betekenen.
Twee woorden die je anders schrijft maar hetzelfde betekenen. 
Twee woorden die je anders schrijft maar wel veel op elkaar lijken.

2.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Wat zijn synoniemen? 
Twee woorden die je anders schrijft maar hetzelfde betekenen.
Twee woorden die je hetzelfde schrijft en hetzelfde betekenen. 
Twee woorden die je anders schrijft en iets anders betekenen.

3.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Zoek de twee synoniemen!
fles en glas.
rondje en cirkel.
bank en bank.
fiets en eenwieler. 

4.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Zoek de twee synoniemen. 
koptelefoon en oordopjes. 
tablet en mobiel. 
fiets en tweewieler.

5.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Zoek het homonieme woord.
licht.
spijkerbroek.
pet.
blik. 

6.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Zoek het homonieme woord. 
Bok
Kussen
Fles. 
Rekenmachine.

7.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Wat is een synoniem voor belangrijk? 
aanzienlijk.
onbelangrijk. 

8.

MULTIPLE CHOICE QUESTION

30 sec • 1 pt

Wat is een synoniem voor taak? 
vaak
opdracht
niet in orde.